maandag 24 november 2014

Troosteloos en hard nieuw boek van Dimitri Verhulst

Voor me ligt, uitgelezen, het nieuwe boek van Dimitri Verhulst. In 1999 debuteerde hij met “De kamer hiernaast”. In 2006 brak hij definitief door met “De helaasheid der dingen”, een boek over zijn jeugd, en hoe hij het moet zien te redden bij zijn oma in huis, samen met zijn nonkels. Het boek is verfilmd door Felix Van Groeningen.

Dimitri Verhulst schrijft met “Kaddisj voor een Kut” allerminst een vrolijk boek. Het boek bevat twee verhalen. In het eerste deel kijkt een personage terug op het leven als instellingskind. Dit gebeurt in de jij-vorm, terwijl hij te laat komt op de begrafenis van Gianna, een jong meisje dat ook in de instelling woonde. Haar troosteloze bestaan vermengt met het personage dat van op een afstand terug kijkt naar hoe het was. Over hoe kinderen vergeten worden in zo’n instelling, en daar eigenlijk niet veel opvoeding mee krijgen.
Tussendoor zijn er de scenes die de liefde van God proberen aan te prijzen, omdat dat nu eenmaal zo gaat op katholieke begrafenissen. Maar het leven, dat is nooit mooi. Niet voor de jij-persoon, die iets van zijn leven probeert te maken, maar ondertussen in een klein kamertje woont, zonder toilet. En niet voor Gianna, die uit een raam sprong.
Het tweede deel van dit boek is een toneelstuk: “Aankomst in de bleke morgen”. In 1999 doodde een koppel in Aalst, in een hotelkamer, hun twee kinderen. Verhulst maakte er een toneelstuk over. Stefaan en Sarah, het koppel in “Aankomst in de bleke morgen” staan terecht, en ook zij kijken terug op wat ze gedaan hebben. Even troosteloos, en even hard als het eerste deel van dit boek. Want waarom doodt iemand zijn kinderen? Stefaan en Sarah vinden dat ze dit deden om de eigen bestwil van hun kinderen. Omdat ze anders ook zouden mislopen, en aan de drugs raken, net als hun ouders, die soms stoned aan de schoolpoort stonden om hun kinderen op te halen.
Het razendknappe is dat Verhulst niet oordeelt. Hij is observator, en laat de lezer zelf uitzoeken wat hij met zijn boek aan moet. Misschien kan je “Kaddisj voor een kut” een vervolg noemen op “De Helaasheid der dingen”.
Als er een ding is dat Dimitri Verhulst kenmerkt, dan is het wel dat hij steeds weet te verrassen. Steeds anders, vaak grof, maar nooit gratuit. Het vraagt moed om zware zaken als moord en marginaliteit te benoemen. Dus misschien is “Kaddisj voor een Kut” een moedig, krachtig boek. Het laat je ademloos achter, en nee, het tweede deel is geen porno, zoals ik her en der las. Zijn personages in dat tweede deel, die zijn echt, en ze nemen geen blad voor de mond. Ze zijn grof gebekt, en dan lees je wel eens zaken als “Sarah, uw putje stinkt”, waarop zij repliceert dat dat wel zou kunnen, want dat ze een scheet liet.
Kaddisj voor een Kut: geen mooi boek, maar wel ijzersterk. Omwille van de thematiek, die hard overkomt, die expliciet benoemd wordt, zoals wanneer een jongetje door zijn moeder wordt afgezet in home Zonnekind, omdat ze hem “niet meer moet hebben”. Dat is erg hard, en toont de mens niet meteen van zijn mooiste kant, maar ook deze dingen mogen wel eens benoemd worden.

Kaddisj voor een Kut / Dimitri Verhulst.- Amsterdam : Atlas Contact, 2014.- 159p.- ISBN 978 90 254 4378 8