woensdag 15 juni 2016

Dramaqueen vs Jongen met een gebruiksaanwijzing: Heerlijk debuut van Susin Nielsen

In het debuut van de Canadese auteur Susin Nielsen maken we kennis met de veertienjarige Stewart. Na de dood van zijn moeder, en na een lastig jaar dat daarop volgde, krijgt zijn vader een relatie met Caroline. Zij heeft een veertienjarige dochter, Ashley, die het erg moeilijk heeft met de scheiding van haar ouders. Zij zijn uit elkaar gegaan toen haar vader bekende dat hij homo is.

Jongen met gebruiksaanwijzing vs beautyqueen

Stewart is een jongen met een gebruiksaanwijzing. Hij is hoogbegaafd, en gaat daarvoor naar een speciale school. Nadat hij met zijn vader bij diens nieuwe partner is ingetrokken, beslist Stewart zelf dat hij naar de gewone middelbare school in het dorp wil. Stewart kiest daarmee niet de makkelijkste weg, maar hij blijft wel steeds zichzelf. Dat maakt van hem een ontwapenend personage. Hij houdt van zijn vader, houdt de herinnering aan zijn moeder graag levend, en dat merkt de lezer ook. En hij is dol op zijn kat, de Schrödinger heet. Ze is genoemd naar een gedachtenexperiment met een kat.
Ashley is een regelrechte beautyqueen, die op school hoog op de sociale ladder wil staan. Ze blijft doorheen het boek wat oppervlakkig. Ze is alleen bezig met hoe ze eruitziet, en volgt de laatste mode. Laura en Claudia zijn haar beste vriendinnen, maar gaandeweg merkt de lezer dat Ashley eigenlijk een kreng is.

Wisselend vertelperspectief

En toch: Susin Nielsen kiest voor ‘Wij zijn allemaal moleculen’ voor wisselend vertelperspectief. In het ene hoofdstuk vertelt Stewart hoe hij de dingen ziet, afgewisseld met hoe Ashley haar wereld ziet. Daardoor krijgt Ashley toch voldoende body mee, en zien we echt een jong meisje van vlees en bloed opstaan, die het erg moeilijk heeft met de scheiding van haar ouders, en vooral met de reden daarvoor.
Haar vader heeft toegeven dat hij homo is. En in plaats van kilometers verderop te gaan wonen, woont hij in het tot woning omgebouwde tuinhuis. Pal in de tuin van het huis waar Ashley en haar moeder blijven wonen. Wanneer Ashley de tuin inkijkt, kan ze bovendien zelfs haar vaders nieuwe vriendje zien.

Ze wil kost wat kost geheimhouden dat haar vader homo is. In het begin lukt haar dat vrij aardig. Ze heeft haar vriendinnen Laura en Claudia, en Jared, de knapste jongen van de school, valt als een blok voor haar.

Grappig en eerlijk

'Wij zijn allemaal moleculen' is soms grappig, en daar zit Stewarts kijk op de wereld voor veel tussen. Zo vinden we hem op een bepaald moment, zittend op zijn bed, met zijn hoofd onder een deken. Ashley vindt hem daarom een viespeuk. Tot hij haar zegt dat het om een misverstand gaat: hij ademde de moleculen van zijn moeder in… Die zweven namelijk altijd in huis en overal ter wereld rond. Dat vond deze lezer een mooie gedachte.

Cyberpesten

Dat Stewart steeds zichzelf blijft, is ook in het voordeel van Ashley. Haar vriendje Jared blijkt niet de gentleman te zijn die ze in hem ziet. Hij is van zijn vorige school afgetrapt omdat hij een jongen die homo was in elkaar had geslagen. Stewart weet dit eerder dan Ashley, en slaagt erin dat aan haar te vertellen. Maar uiteraard gelooft iemand die verliefd is dat niet meteen. Tot Oudjaaravond er dat jaar aankomt… Hier verweeft Susin Nielsen een stuk cyberpesten in haar boek, met gruwelijke gevolgen.
Feelgood, levensecht portret over een nieuw samengesteld gezin

"Wij zijn allemaal moleculen" is desondanks een feelgood, maar levensecht portret van een nieuw samengesteld gezin. Ashleys vader is niet klef, net als zijn vriend.
Nielsen laat voldoende ruimte voor Ashley om zich af te vragen of haar vader al die tijd gelogen heeft, en of hij ooit wel van hen gehouden heeft, wat een heel natuurlijke reactie is, ook binnen het licht hysterische karakter van Ashley. Dat het boek geen super happy end heeft, vergroot de geloofwaardigheid van ‘Wij zijn allemaal moleculen’ alleen maar. Niets gebeurt zomaar. Alles in het boek heeft een reden, behalve de liefde. Die is er gewoon.

Wij zijn allemaal moleculen / Susin Nielsen.- Rotterdam : Lemniscaat, 2016.- vertaald door Lydia Meeder.- 269p.- ISBN:  978 90 4770 777 6

(Eerder verschenen op Zizo Online)