maandag 31 januari 2011

Bij het eind van de Maand van de Onbekende Kinderboekenschrijvers op JipJip...

JipJip:
Januari 2011: Maand van de Onbekende kinderboekenschrijvers

Wie?

Zo, de “Maand van de onbekende Kinderboekenschrijvers 2011 zit erop. 15 tot nu toe (schier)onbekende kinderboekenschrijvers stelden zich aan de lezers van JipJip voor: wie zijn ze? Waarom doen ze wat ze doen? Enzovoorts.

Recensenten

6 recensenten, volwassenen met een groot hart voor kinderboeken, gingen op aanvraag aan de slag met al dan niet gekozen auteurs, en dan vooral met het lezen van een of meer van hun boeken.


Restricties over hoe een recensie er moest uitzien, kregen deze recensenten niet. Iedereen deed wat hij of zij vond te moeten doen met de hem of haar toegewezen boeken. Dat dit voor elke recensent duidelijk anders was, was alleen maar verrijkend.

Reacties

De reacties op de recensies waren echter vaak niet erg fraai. “Leuk”, zo schreef er eentje in een reactie:" tijd om weer schrijvers af te zeiken!” Wel, er is wat mij betreft geen enkele auteur “afgezeikt”. Recensenten werden dat helaas soms echter wél, en dat is onaanvaardbaar. In het bijzonder Jürgen Peeters moest het erg vaak, en op zeer grove wijze, ontgelden.

Lezen als een kind

“Recensenten zouden hun boeken meer als een kind moeten lezen!” Wel, dat is nu net HELEMAAL niet wat een recensent moet doen. Als een volwassene kinderboeken bespreekt, doet hij dat namelijk uit een volwassen oogpunt, om de volwassenen in de omgeving van het kind te helpen om zich een weg te banen in het overweldigende boekenaanbod. Of die volwassene in de omgeving van een kind,  die helpende hand wil aannemen, moet hij of zij helemaal voor zichzelf uitmaken. Koopt de volwassene dan verplicht dit of dat boek, omdat een recensent het een goed boek vindt? Of koopt de volwassene dat boek, omdat ie nieuwsgierig is of het waar is, wat de recensent schrijft, namelijk dat hij of zij een boek archi-slecht vindt? Wil hij het kind zelf laten kiezen? Ook dat moet die volwassene zelf weten. Recensenten zijn namelijk niet altijd werkzaam in een boekhandel of de bibliotheek. Bijgevolg heeft hij niet steeds de bedoeling om mensen echt “te helpen” om een keuze te maken, hij kan enkel zijn ding doen, op de wijze waarop hij in het recensentenveld wenst te staan. Wil hij of zij een kritische analyse maken van het boek, hoe het boek in elkaar zit? Dan is dat zijn of haar goed recht. Wil hij of zij de focus leggen op hoe een boek “werkt”, of welke onderwerpen aan de orde zijn? Dan mag dat ook. Zelf vind ik dat een recensent wél, en dat te allen tijde, moet argumenteren over hoe en waarom hij of zij tot een conclusie komt. Dat dit niet altijd naar de zin is van de lezer, of de auteur van dat werk: jammer en helaas, maar het zij zo.  Al begrijp ik zeer zeker dat het voor een auteur altijd fijner is om een positieve recensie te krijgen.
"Lezen als een kind", dat KAN een volwassene (misschien helaas) ook helemaal niet.  Net omdat hij een volwassene IS.  Volwassenen hebben meer levenservaring, die ze meenemen in hun recensies, daar kan je niet om heen.  Maar ook missen ze eenvoudigweg de onbevangenheid, die een kind wél nog heeft.  Dus lezen volwassenen heel anders boeken dan dat kinderen dat doen.  Dingen waar kinderen zo overheen lezen, vallen volwassenen net op.  En omgekeerd.  Een volwassene vragen om een boek "als een dertienjarige te lezen" zou dus niet aan de orde moeten zijn.

Aankoopinformatie vinden

“Ik kan niet opmaken uit de recensie [van “De Boot” van Helga Warmels] of ik het nu voor mijn kind moet kopen”. Ook dat mag een lezer en/of de helpende volwassene,  helemaal zelf bepalen. Je kind, of het je toegewezen kind,  meenemen wanneer je een boek voor hem of haar gaat kiezen kan ook leuk zijn. Ik begrijp echt wel dat een lezer van recensies soms aankoopinformatie wil zien, maar ook hier: dat is niet steeds de taak van een recensent. Dat heeft ook weer te maken met hoe de recensent in het veld wenst te staan. Wanneer hij of zij voor een boekhandel recensies schrijft over binnengekomen boeken, nieuw verschenen boeken, kan dat uiteraard handig zijn.


Meneer, mevrouw de recensent: doe het dan zelf!

“Dat de recensent dan ZELF eens een boek schrijft, als hij het allemaal zo goed weet!”, is ook wel eens gepasseerd in reacties deze maand. Ook dit is iets dat nergens op slaat. Jeugdboekenkritiek, en bij benadering film en theaterkritiek, zijn zinvol. Alleen is de tijdsgeest nu een beetje anders, en is de lezer van recensies niet meer steeds geneigd om dat aan te nemen, en wil hij zelf keuzes maken. Niets mis mee. Om bij het voorbeeld van een recensent te blijven: wanneer recensent A in tijdschrift A een filmbespreking schrijft, hoef ik het niet met hem eens te zijn, terwijl ik het misschien wel vaak eens ben met recensent B in tijdschrift B. Ook hier is niets mis mee.

Maar om iemand die wél aan kritiek wil doen, te vragen “om dan zelf maar eens een boek te gaan schrijven als hij of zij het beter kan” gaat me te ver. Het lezen van kritieken kan voor een auteur ook nuttig zijn, hij of zij kan er dingen uit halen om een volgend boek te schrijven. Daarvoor doet de recensent namelijk aan het schrijven van kritieken, en schrijft een schrijver zijn boeken, maakt een filmmaker films.

En ik?

Ook ik krijg, sinds jaar en dag, sinds ik met kinder- en jeugdliteratuur bezig ben, geregeld die vraag: “Wanneer schrijf jij er zelf één?” Dan schreeuw ik altijd heel hard: “NIET”! Omdat ik vaak gewoon kan genieten van de schrijfsels van anderen, misschien wel alleen voor mij, soms, denk ik dan. Want, dit heb ik niet in de reacties zien voorbij komen, gelukkig, ook een recensent leest liever goeie boeken. Hij of zit echt niet te wachten op een miskleun, die hij of zij dan vakkundig de grond in zou kunnen boren. Met mijn hand op mijn hart: echt niet.

Wat wilde ik deze maand doen?

Van de twee door mij gelezen boeken, had ik voor JipJip en voor mezelf uitgemaakt dat ik vond dat deze auteurs onbekend zijn, en bekender wensten te worden. Voor mij ging het deze maand vooral over hoe de verhalen in elkaar zaten, en hoe auteurs erin slaagden, of niet slaagden, om hun personages tot leven te laten komen. Toch vind ik kritische punten altijd belangrijk, evenals het meegeven van argumenten hoe ik tot conclusies kwam. Verder was taal en geloofwaardigheid van personages van belang. Té uitleggerige boeken vind ik ergerlijk, dus ook daar lette ik op.

En nu is de Maand van de Onbekende Kinderboekenschrijvers 2011 echt afgelopen, helaas.