donderdag 1 mei 2008

Iets over Pieter Aspe

Wanneer alles wat moest gelezen, na lange tijd, gelezen is, is het tijd voor ontspanning. Gewoonlijk breng ik "mijn ontspanningsuurtjes met boeken" door met boeken van Pieter Aspe. Soms helemaal nietszeggend, vaak leuk, vaak ontlokken de capriolen van "Van In" en de zijnen me een glimlach. Mijn boekenkast (ze is noodgedwongen naar boven verhuisd, om weer plaats te maken voor nieuwe boeken) is één zwart gat: een zwart gat met letters. Gisteren las ik op de vernieuwde website van de Vlaamse Misdaadauteurs een interview met Pieter Aspe, waarin de interviewer zich de vraag stelt of hij nu schrijft met Herbert Flack en Francesca Van Thielen in gedachten (van de reeks naar zijn boeken op vtm) "want 95 procent van de lezers zullen dat nu wel doen." "Daar kan ik me niets van aantrekken", zei Aspe. En gelijk heeft hij. Ik behoor namelijk ook helemaal niet tot die 95 procent die met Flack en Van Thielen in het hoofd zit, wanneer ik een "Van In" lees. Hoewel ik de reeks op vtm nog best te smaken vind. Misschien zit de sterkte van Aspe's boeken hierin: dat de personages mensen zijn bij wie je als lezer zelf een voorstelling kunt blijven maken. Wat me wél tegen de borst stuitte is dat er van zijn boeken VOOR de reeks op televisie er was, al een stripreeks was, waarin "Van In" wel iets weg had van Pieter Aspe zelf. Ik moet bekennen dat ik, wanneer ik een boek lees, wel een beetje aan hem moet denken als ik de streken van Van In tot mij laat komen... Die stripreeks werd gemaakt door onderandere Patrick Van Oppen, maar omdat de reeks op televisie er was, hebben ze de reeks met Van Oppen stopgezet, en nu is die stripreeks een zoveelste BV strip, met Flack en Van Thielen. (Overigens zijn ze wel héél erg knap getekend, dat moet gezegd.) Met de vorige stripreeks was niets mis, en wel in tegendeel. De commercie heeft het gehaald, blijkbaar.